Breng taal tot leven met deze krachtige taalspellen

U bent hier:

Stimuleer de taalvaardigheid en creativiteit van je kind op een leuke manier met deze interactieve oefeningen. Met slechts papier, pen en schaar gaan jullie samen aan de slag. Maak het woord, luister naar de kleur en raad het woord zijn leerzame activiteiten. Door het spelen van deze spellen zal je kind zijn of haar woordenschat vergroten, luistervaardigheid ontwikkelen en het creatief denken stimuleren. Dus pak je knutselspullen erbij en maak je klaar voor een geweldige tijd vol plezier en taal!

Maak het woord

Nodig: Papier, pen en schaar.

Knip kaartjes van 2 bij 4 cm.
Schrijf op elk kaartje een letter of een klinkercombinatie zoals: oo, uu, eu, ij, ei, ui, aa en ee.
Schrijf veel voorkomende letters zoals de k, l, n, r. s en t minimaal op 2 kaartjes.
Verzin een woord op het AVI niveau van je kind en zeg het hardop.
Laat je kind het woord herhalen.
En laat je kind met behulp van de letters het woord op tafel neerleggen.

Praatjuf tip: Begin met korte woorden van 3 tot 5 letters en als dat goed gaat, dan kan je langere woorden verzinnen.

Luister naar de kleur

Nodig: Kleurboek of losse kleurplaat en kleurpotloden of stiften.

Zoek samen met je kind een leuke kleurplaat uit.
Geef je kind vervolgens opdrachten door bijvoorbeeld te zeggen:
Het meisje heeft bruin haar
Het bankje is blauw
De appels zijn rood.
Vervolgens kiest je kind de juiste kleur en kleurt het aangegeven gedeelte in.

Praatjuf tip: Maak de opdracht moeilijker door 2 of 3 items te noemen die dezelfde kleur hebben. Bijvoorbeeld: De kano, de broek en de vlieger zijn blauw. Of: maak 2 appels rood en 5 appels groen.

Raad het woord

Dit spel laat je door minimaal 2 kinderen spelen.

Nodig: Papier, schaar, pen.

Knip kaartjes van 2X6 cm
Schrijf op elk kaartje een woord op het AVI niveau dat alle kinderen die meedoen begrijpen. Het is handig om daarvoor een boek te gebruiken op het juiste AVI niveau.
Leg de kaartjes met de tekst naar beneden op een stapel tussen de kinderen in.
Kind 1 pakt het bovenste kaartje en leest het woord in zichzelf. De andere kinderen mogen niet zien wat er op het kaartje staat.
Kind 1 gaat het woord omschrijven, zonder het woord te noemen.
De andere kinderen gaan het woord raden.
Als het woord geraden wordt, dan gaat de beurt naar dat kind.
Als het woord niet geraden wordt, dan gaat de beurt naar de speler rechts van kind 1.

Wie heeft aan het einde de meeste woorden geraden?

Praatjuf tip: Laat iemand anders de woorden op de kaartjes schrijven, dan kan jij zelf dit spel samen met je kind spelen.

Veel oefenplezier!

Vind meer praktische taaloefeningen en tips voor thuis op de Logopedie Oefeningen pagina van Praatjuf.